Hoe kun je taallessen meer laten aansluiten bij de beroepsvakken/ meer en beter richten op de taal die ze nodig hebben in hun beroep en in de maatschappij? Hoe integreer ik de beroepspraktijk bij de generieke vakken? Hoe neem je collega’s mee in het taalonderwijs? Wat is een manier waarop we als team Toerisme gezamenlijk met taal bezig kunnen zijn? Hoe zorg je ervoor dat taal voor iedere collega een aandachtspunt is?

Op vrijdag 6 oktober 2023 heb ik in de Reehorst te Ede een workshop mogen verzorgen bij de Taal- en rekenconferentie van de mbo-raad. Dit waren de vragen waarop de deelnemers tijdens de workshop een antwoord zochten. Voor het uitgebreid beantwoorden hiervan was te weinig tijd, daarom hieronder in het kort mijn suggesties en tips. 

Samenwerken met praktijkdocenten?

In vergelijking tot voorgaande jaren zijn er meer aanwezigen die al succesvol blijken samen te werken met praktijkdocenten. Dat Basisvaardigheden hoog op de politieke agenda staan, is daar debet aan en dit is een mooie opening om samen aan de slag te gaan. Tip van deze docenten: noem het geen Taalvaardigheid, maar Taalbewustzijn. De praktijkdocenten blijken het vooroordeel te hebben dat ze de d’s en t’s uit verslagen moeten halen!

  • Taalbewustzijn

Taalbewustzijn gaat niet om het corrigeren van spelfouten, maar om het aanleren van nieuwe begrippen; door het benoemen voorbeelden uit de praktijk (context), deze te visualiseren, gezamenlijk te bespreken (interactie) en het inoefenen van opdrachten (rijke teksten)1.  Door beter begrip van nieuwe vaktermen en werkwoorden lezen de studenten de stof gemakkelijker en gaat het leren beter. Daar heeft iedereen profijt van. 

  • Enquêtes

In mijn praktijk heb ik met Forms korte enquêtes gehouden, zowel bij de praktijkdocenten, derdejaarsstudenten en aan de belangrijkste opdrachtgevers (bedrijven) van stageplekken. Aan de docenten is gevraagd welk gebrek aan taalvaardigheid bij studenten de grootste ergernis opleveren, per domein. Aan de studenten heb ik gevraagd wat ze hebben geleerd bij Nederlands, waar ze iets aan hebben gehad en waaraan niet. En wat ze graag hadden willen leren.  Bij de opdrachtgevers in het veld heb ik per domein gevraagd wat zij belangrijk vinden; wat de stagiaires op taalgebied zouden moeten kunnen.

Met de uitkomsten van de enquête kun je een matrix maken met taalproducten en taalactiviteiten die alle drie de groepen nuttig of noodzakelijk achten. Aanvullend heb ik bij alle drie de groepen een paar diepte-interviews gehouden, om meer zicht te krijgen op het hoe en waarom.  Dit bevordert ook draagvlak en geeft input aan de eisen die aan de taalproducten worden gesteld.

  • Materialen liggen voor het oprapen

Je hoeft niets te integreren of ergens een aandachtspunt van te maken. Net als Michelangelo zei dat het beeld al in het steen zat en je het overbodige ervan af hoeft te halen, zo liggen de onderwerpen, taalproducten en taalhandelingen waarmee je samen al mee aan de slag zou kunnen, te wachten in de methodes en materialen van de praktijkvakken. Commitment van het management en tijd voor overleg en ontwikkeling zijn de randvoorwaarden voor structurele resultaten.

Hoe kunnen ze beter de taal in rekenopgaven leren?

Tip voor deze vraag: gebruik AI hiervoor. Stop alle rekenopgaven in ChatGTP en maak een meestgestelde vragenlijst. Oefen deze in aan het begin van het jaar. Stel ook de vraag aan ChatGTP van een woordenlijst met meestvoorkomende en complexe woorden -langer dan vijf letters- en werkwoorden. Deze kun je oefenen met een dictee en met bijvoorbeeld Kahoots. Als je woorden drie keer ziet en zeven keer gebruikt, dan blijven ze hangen en leren ze deze gebruiken2.

Welke interventies dragen bij aan de motivatie van studenten in de taalles?

Werken met echte taalopdrachten blijkt het meest motiverend. Bij de stageopdracht zou je een paar taaltaken verplicht op kunnen nemen, bijvoorbeeld voor het schrijven van een webtekst voor het bedrijf/ de organisatie/ afdeling of het samenvatten van de website van de stage-opdrachtgever: wat doen ze, voor wie werken ze? In het boek Theorie Taalbeschouwing3 vind je  daarnaast onderbouwing en tips voor het thematisch leren van taal, met inzet van zowel lezen, luisteren, spreken en schrijven. NB Dit is van toepassing als de studenten de basisvaardigheden al onder de knie hebben. 

Hoe krijg ik de beroepstaalvaardigheid bij Techniek naar een hoger niveau?

Mijn uitgangspunt is dat het aanleren van een beroepstaal een nieuwe taal is en dat je daarbij leentjebuur kunt spelen bij NT2-onderwijs2. Het begint met het aanleren van woordenschat. Gebruik ChatGTP voor het opsporen van de meestgebruikte en foutgeschreven termen, als de collega’s daar geen tijd voor hebben. NB. Bij de woordenschatoefeningen die de huidige methodes bieden ontbreekt het aan vakjargon, context, visualisatie, interactie en inoefening.

Het inoefenen van deze vaktermen gaat op zes taalniveaus: wat is het voor iets, waar wordt het voor gebruikt, visualiseren, wie heeft ermee gewerkt, ervaringen delen, hoe schrijf je het? Welke letters zijn dat? Lijkt het op woorden die je kent? Hoe vervoeg je dit woord? Hoe gebruik je dit woord in een zin? Vervolgens herhalen/ toepassen in dictees, schrijfopdrachten en presentaties. Gebruik hiervoor alleen complexe woorden met een hoge frequentie, die de studenten in de praktijk vaak zullen tegenkomen en gebruiken. 

Meer informatie en praktijkvoorbeelden zijn te vinden op deze site.

 

Lilian Boonstra

9 oktober 2023

1. Haaijer M. en Meestringa T. (2020), Handboek Taalgericht Vakonderwijs, Uitgeverij Coutinho.

2. Van de Laarschot, M. (2009), Lesgeven in meertalige klassen, Handboek Nederlands als tweede taal in het voortgezet onderwijs. Groningen, Wolters Noordhoff.

3. Huizenga, H. (2001), Taal & didactiek Taalbeschouwing. Groningen, Noordhoff Uitgevers.